Chapter 1 - Een geschenk uit de hemel -- Een nieuwe start

Hoofdstuk 1 Een nieuwe start

“Sven”roept z’n moeder “kom je moet naar school toe.”Sven stapt slaperig uit z’n bed en kleed zich aan. Hij loopt naar beneden waar z’n ontbijt al op tafel staat. “Zo”zegt z’n moeder “ik heb het ontbijt maar vast klaar gelegd”. Ze geeft hem een kus op z’n voorhoofd. De zomervakantie is om. Sven heeft veel meegemaakt deze zomer hij is verhuisd naar Nederland. Hij moet vandaag voor het 1st naar school, een hele nieuwe school met andere leerlingen dan hij gewent is. Z’n vrienden wonen allemaal nog in Michigan. Hij wilt helemaal niet naar school bedenkt hij zich. “Sven, kom op joh we moeten gaan”roept z’n moeder vanuit de auto. “Je komt nog te laat zo”. Sven stapt moeizaam de auto in. Het zal vast zo’n gebouw zijn wat je in griezelfilms ziet, maar als de auto stopt ziet hij dat het een heel modern gebouw is. Hij stapt gauw uit voordat z’n moeder hem een kus geeft. Hij loopt naar de deur waar “directeur” op staat. Hij klopt op de deur “Kom maar binnen”zegt iemand. Sven doet de deur open en ziet een kalen man achter een bureau zitten. De man gaat staan en geeft hem een hand “ik ben de directeur” zegt hij. “Hoi ik ben Sven” zegt hij voorzichtig. Ze praten nog wat over hemzelf en dan lopen ze naar Sven’s nieuwe klas. Ze lopen door een lange gang met allemaal deuren en bij een van die deuren blijven ze staan. “Zo hier zit jouw nieuwe klas” zegt de directeur.
“Loop maar naar binnen”. Sven loopt naar binnen en ziet een klas vol nieuwsgierige ogen naar hem staren hier was hij al bang voor ze mogen hem helemaal niet denkt hij. De man achter het bureau staat op en geeft Sven een hand en stelt zich voor
“Hoi ik ben Mr. Freen ik geef je biologie ga maar ergens zitten waar je maar wilt.” Sven kijkt de klas in hij heeft geen idee waar hij zou moeten zitten “ Uhh ga maar naast Kaya zitten” zegt Mr. Freen en hij wijst naar een meisje dat er punkachtig uitziet. Hij gaat ernaast zitten maar durft haar niet aan te kijken of iets te zeggen. “Hoi ik heet Kaya” zegt ze maar Sven durft echt nog niks te zeggen tegen iemand. “Wacht” zegt ze en pakt een papiertje en schrijft er een heel verhaal op “Dit gaat wat makkelijk”zegt ze terwijl ze het papiertje geeft aan Sven. Sven leest het en schrijft haar wat terug. Ze schrijven zo de hele dag door aan elkaar. Aan het eind van de middag komt Sven een beetje los en praat gewoon met Kaya. Als de schoolbus stopt bij de halte waar ze uit moeten stappen ze uit. Sven heeft geen flauw idee waar hij moet zijn en wil naar het informatiebord bij de halte lopen maar Kaya is hem voor “Waar moet je zijn?’ Vraagt ze “Ik heb geen flauw idee” antwoordt Sven. Hij pakt het papiertje uit z’n zak waar z’n adres op staat en geeft het aan Kaya. Kaya leest het en kijkt blij “Das vlakbij mij kom ik breng je er wel heen” samen lopen ze naar Sven’s huis. Bij Sven’s huis aangekomen loopt Kaya door naar haar eigen huis en Sven loopt naar binnen waar z’n moeder hem opwacht “ hoi jongen hoe was je 1ste schooldag?” “hm” antwoordt Sven. Hij gooit z’n schooltas in de gang pakt z’n skateboard en loopt naar de achtertuin. Buiten gaat hij ff zitten op een bankje. Hij mist z’n vader en z’n broer heel erg, die zijn verongelukt in Amerika door een auto/ motor ongeluk. Hij vind het verschrikkelijk dat die auto gewoon dor is gereden terwijl z’n avder en broer op de grond dood lagen te gaan. Als die man nou de ambulance gebelt had dan was hij hier nu niet en leefden zijn broer en vader nog.
Z’n moeder heeft tot haar 25ste in Nederland gewoond en al haar familie woonde hier nog dus zijn ze verhuisd. Ze wilde persee verhuizen omdat ze bij haar familie wilde zijn. In Michigan hadden ze wel familie maar die lagen Sven en z’n moeder niet. ’S Avonds als hij eenmaal in z’n bed ligt valt hij als een blok in slaap.
Sven wordt de volgende dag wakker badend in het zweet wat een rare droom had hij toch. Hij zag z’n vader met z’n broer en ze waren bij hem en z’n moeder hier in Nederland. Was het maar waar. Hij loopt de douche in en wast zich. Hij komt beneden en de bel gaat. Sven’s moeder doet de deur open en ziet Kaya. “Oow Hoi ik ben Kaya , is Sven thuis?” Vraagt ze. “ Tuurlijk meis zal uhm ff roepen hoor.”
Sven’s moeder loopt de keuken in “ Sven er is iemand voor je.” Sven loopt al richting de deur met z’n volle mond en een boterham in z’n hand. Hij ziet Kaya staan en plots weet hij weer dat hij met Kaya had afgesproken om naar de bushalte te lopen. Ze lopen richting de halte terwijl Sven z’n boterham op eet komen ze voorbij een skatebaan. Kaya kijkt heel aandachtig naar de jongens op hun skateboard. “Kun jij skaten?” Vraagt ze ineens. “Hmm ik kan het wel maar niet zo goed als zij” zegt hij terwijl hij naar de jongens kijkt. “oow” Zegt Kaya “Zullen we dan na schooltijd gaan oefenen dan?” “Das goed hoor”zegt Sven. Sven kan de hele dag nergens meer aan denken. De bel gaat. Oow eindelijk de school is uit. Sven loopt naar buiten en ziet Kaya al staan met 2 skateboarden in haar hand. “Heey” roept ze “Ben je er klaar voor heb al een board voor je kom we gaan.” Thanks” zegt Sven terwijl hij een board uit haar handen pakt en ze racen weg. Ze komen bij de skatebaan aan. “Laat nu maar eens zien wat je kan jongen” zegt Kaya. Sven aarzelt niet en doet zo een olli en een kickflip. Sven kijkt Kaya aan en zegt:“En nou jij?” Kaya pakt enthousiast haar skateboard en doet ook een olli en een kickflip maar ze neemt ook een aanloop richting de craintbuis. Iemand gooit een steen voor haar neus. Kaya probeert te ontwijken maar verliest haar evenwicht en valt. Op dat moment komen er een paar jongens te voorschijn. Sven rent naar Kaya “Gaat alles goed met je?” Vraagt hij bezorgd “Ja het gaat wel geloof ik” zegt ze nog bijkomend van de val. De jongens staan er nog en beginnen te fluisteren totdat een van hen naar voren komt “Zo heej wat kan jij goed skaten zeg, echt goed van je jammer dat je viel hé” zegt de jongen “ oow jongen je moet je bek houden je kan het zelf helemaal niet en daarom zorg je dat andere ook vallen zodat je zelf beter lijkt” schreeuwt Kaya “Maar dat lukt je toch niet ik kan het nou eenmaal beter dan jij dus ik zou maar ophouden” “Weet je zus” zegt de jongen “je moet gewoon je moel dicht houden.” “Is dat je broer?”vraagt Sven waarop Kaya antwoordt “Jammer genoeg wel jah , het is zo’n klootzak” “Klootzak”zegt Sven en kijkt haar vragend aan “Wat betekent dat?” Kaya weet niet hoe ze het moet uitleggen. Het is ook wel logisch dat Sven’s moeder hem geen scheldwoorden heeft geleerd. Sven spreekt aardig nederlands want hij is 2 talig opgevoed.“Klootzak is een scheldwoord.” Sven vraagt zich af of hij misschien een klootzak is hij heeft nog nooit van het woord gehoord Amerikaanse scheldwoorden daar is hij goed in. “Ben ik dan ook een klootzak?” vraagt hij. “Nee joh je bent de liefste jongen die ik ken” zegt ze en wordt een beetje rood.
“Zullen we naar mijn huis gaan om iets te drinken”vraagt Sven om gauw van onderwerp te veranderen. Als ze thuis bij Sven zijn zien ze pas hoe diep de snee in Kaya’s knie is. “Wacht maar tot mama dit ziet, Boris zal er van lusten” zegt Kaya met gebalde vuisten “maare ik moet naar huis doeg” en ze geeft Sven een knuffel. Sven wil nog wat terug zeggen maar Kaya is al weg. Hij besloot nog een stukje te gaan lopen. Onderweg denkt hij alleen maar aan Kaya. Waarom zei ze dat hij de liefste jongen van de wereld was en waarom werd ze rood, zou ze verliefd op hem zijn? Hij heeft geen idee. Hij weet alleen dat hij Kaya wel leuk vindt. ’ S’ Nachts droomt hij dat hij op vakantie is in een tropisch land met Kaya. Ze lopen hand in hand over het strand dan stoppen ze “Sven je bent zo megacool” fluistert Kaya in z’n oor “en jij bent zo mooi”zegt hij terug. Hij kijkt in haar mooie ogen en ziet de pretlichtjes. Hij brengt z’n gezicht naar de hare en kust haar. Op dit moment wordt hij wakker van z’n wekker. Hij voelt z’n hart bonzen. Rustig loopt hij naar beneden waar z’n moeder hem opwacht. “Jongen wat zie jij eruit wat is er? Een rare droom gehad?” Vraagt ze. Sven vertelt haar over z’n droom. “Nou jongen”verteld z’n moeder “Je bent verliefd maar rustig aan wacht af en zoek uit of het wederzijds is.” Onderweg naar de bushalte komt hij Kaya tegen “Hoi” zegt hij “Heej, heb jij vannacht ook zo weird gedroomd?” Vraagt ze Sven knikt en durft haar niet aan te kijken “waar ging jou droom over?” Vraagt hij “Over ons” zegt ze hoopt maar dat Sven haar niet aan kijkt want ze voelt dat ze rood is. “Mijn broer zegt steeds dat ik verliefd op je ben en dan ineens zijn we op het strand en zoenen we en hoe ging de jouwe?”Vraagt ze “ongeveer hetzelfde” zei Sven. Er val een stilte na een paar seconde begint Kaya ineens te praten “Zouden we misschien verliefd zijn?” Sven is al niet meer zo verlegen “Ik heb geen flauw idee” Ze besluiten maar het zo te laten zoals het is ze zien nog wel.

You are not authorized to comment here. Your must be registered and logged in to comment